“Een soep en vijf koffie”, luidt de bestelling van een man met de afbeelding van een monster op zijn t-shirt. Hij zit op het terras van een ontbijtrestaurant tegenover de kathedraal van Ieper. Die afwijkende bestelling wenst de eigenaar niet te noteren. “Een soep, een kop warme melk en een koffie. Als je daarna nog trek hebt, kun je nogmaals bestellen”, klinkt het deskundige advies.

Als de geplaatste order even later aan tafel wordt gebracht, vertoont het monstershirt nogmaals eigenzinnig gedrag. Hij giet de beker melk uit in de soep en voegt daar een voorraad zout en peper aan toe die een normaal mens in een half jaar naar binnen werkt. Daarna laat de man zich het ontbijt prima smaken. Hij had zich beter aan het opgediende kunnen houden, dat was uitstekend voor elkaar. “Saluutjes he…”, zegt de eigenaar bij het afscheid.

Honderd meter verderop begint de echte binnenstad van Ieper, waar op de Grote Markt een zomerkermis is neergestreken. De botsauto’s en automaten ontnemen het zicht op de sierlijke bouwwerken, al torent de imposante Lakenhallen hoog boven het kermisvertier uit. Het indrukwekkende gebouw is na de Eerste Wereldoorlog, zoals bijna geheel Ieper, uit de as herrezen en in wonderbaarlijk mooie staat herbouwd.

Binnen komt de gruwelijkheid van diezelfde oorlog in alle hevigheid naar voren. Het Flanders Fields Museum vertelt op beeldende wijze het verhaal van Europese landen die op zoek waren naar meer macht en zich daarmee in een onheilspellende wedloop stortten. Alleen rondom Ieper kostte dat al een half miljoen soldaten het leven, jonge kerels die huis en haard verlaten en nooit weer terugkeerden omdat een stel machtswellustelingen elkaar de loef wilden afsteken. Meneer de President, slaap zacht. De miljoenen vrouwen en kinderen van de gevallenen sliepen vermoedelijk nooit meer zacht.

De Belfort, die voor een paar euro extra vanuit de Lakenhallen valt te beklimmen, kijkt uit over de stad en de omgeving. Wie na het Flanders Fields Museum nog meer ellende over zich uit wil storten, kan bijvoorbeeld op de fiets klimmen en dat landschap ontdekken. De Dorpentripper reserveert daarvoor een tweewieler bij Chez Marie, een zaak die doet in snoep, bier en fietsverhuur, zo’n beetje de heilige Belgische drie-eenheid. Om de hoek begint al de Vredesroute die 45 kilometer langs oorlogsgraven, frontlinies en andere herdenkingspunten leidt. Loop Tyne Cot Cemetary op en je hebt je buik voorlopig wel vol van nationalistisch geneuzel. Twaalfduizend akelig jonge Britten vonden hier hun graf. En meneren de presidenten, die sliepen ongetwijfeld zacht.

Diezelfde Vredesroute biedt overigens ook een prachtig inkijkje in het Vlaamse land rondom Ieper. De gevreesde Kemmelberg ligt in de verte, net als die andere kuitenbijters in het Belgisch-Franse grenslandschap waarvan de deelnemers aan Gent-Wevelgem ’s nachts nog wel eens gillend wakker worden. De Vredesroute omzeilt al die Vlaamse bergtoppen, maar stijgt en daalt ook voortdurend tussen de weilanden, bosschages en hoeves door. Vlaanderen boven.

Terug in Ieper wachten restaurants als Captain Cook en Depot op de gasten. Ze serveren allemaal tientallen verschillende bieren. Wie geen Sint Bernardus 12 op de kaart heeft staan, telt hier niet mee. Op de terrassen zitten veel Engelsen en Australiërs, die vaak in Ieper op zoek zijn naar het graf van ouders, grootouders en betgrootouders. Ze kopen poppykransen en houten kruisjes die ze op een kerkhof neerleggen. De toeristenindustrie van Ieper vaart er wel bij.

Een bezoeker zou er ietwat cynisch van kunnen worden, maar wie ’s avonds om 20.00 uur naar de Menenpoort wandelt raakt dat gevoel moeiteloos kwijt. Natuurlijk staan daar honderden mensen met camera’s en smartphones in de hand om de dagelijkse herdenking van de Eerste Wereldoorlog vast te leggen, maar zelfs de grootste cynicus, en geloof me de Dorpentripper kan daar wat van, voelt uiteindelijk de oprechtheid van de bijeenkomst. Zelfs als het lawaai van de kermis ook onder de poort hoorbaar is. Een stad die ooit in puin lag staat weer fier overeind, maar vergeet nooit het leed dat zoveel zonen, dochters, vaders en moeders ooit meemaakten.

Die Menenpoort staat vol met tienduizenden namen van oorlogsslachtoffers. Engelsen, Ieren, Canadezen, Schotten, Australiërs, Indiërs, Pakistani, de Britten plukten de kolonies leeg om de Duitsers en hun vrienden tegen te houden. Waar je ook kijkt, staat de naam van een jonge militair die ooit gedwongen afreisde naar Ieper en nooit meer terugkeerde in pakweg Manchester, Torguay, Adelaide of Glascow. Je zult de boodschap maar thuis krijgen, had de moeder van de Dorpentripper vermoedelijk gezegd.

Na de plechtigheid keren de bezoekers terug naar de Grote Markt en omgeving. Voor zo’n onvergetelijk lekker Belgisch biertje met wat lokale specialiteiten. Afgrijzen en grenzeloos genieten liggen in Ieper dichtbij elkaar. En meneren de presidenten over de hele wereld slapen nog steeds zacht.

Kijk voor meer informatie bij Toerisme Ieper